zondag 8 mei 2011

Over het water


Vanmorgen heb ik de rivier weer eens opgezocht.
Het was op dat vroege uur nog rustig bij de Nederrijn, afgezien van enkele stoere zwemmers en roeiers. Een prachtig gezicht, de strijd tegen de elementen en voortbeweging op spierkracht.
Terwijl ik zelf lui op een krib tegen een baken leunde en over het water zat te staren, vroeg ik me af: vanwaar toch die behoefte om juist tegen de stroom in te bewegen?
Laat je gewoon lekker met de stroom meedrijven. Maar ja, dan train je niet je spierkracht. Ik herken trouwens ook wel de voldoening bij een prestatie die je niet via de gemakkelijkste weg neerzet.


Even ontbeerde ik een smartfoon/iPad-dinges of simpel een papieren veldbibliotheekje. Zoveel vogels, planten en insecten vielen er te ontdekken en van zo weinig weet ik de naam.
Maar dan moet ik ook nog mijn weg weten te vinden in die overzichten. Ik raakte op de lagere school al het spoor bijster als ik bijvoorbeeld herfstbladeren moest determineren. Grootnervig, kleinlobbig, het duizelde me gauw. Nu blijft het meestal bij - en dat is ook het belangrijkste - genieten van naamloze natuurverschijnselen.
Thuis kon ik het toch niet laten om de paarse plant bij de krib op te zoeken in het wildebloemengidsje. Dat is bedoeld voor taxonomische dummies als ik, je zoekt op kleur. Ik houd het op bitterzoet.

Er wordt ook volop gebroed en gejongd in de uiterwaarden. Toen ik langs de nevengeul de grote gespikkelde eierschaal zag, dacht ik blij: Hé, net uit het ei.
Maar dat is waarschijnlijk toch te optimistisch gedacht. In de schaal zat namelijk nog een struifspoortje, dus ik vermoed dat het jonge leven in de dop gebroken is. En welke vogel dit ei gelegd had, geen idee.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten